Orgelkast - bouwdatum 1985
Orgelkast - architect - bijzonderheden Onder de supervisie van Hubert Schoonbroodt, projectleider
Gebruikte materialen Notelaar
Beschrijving van de orgelkast Als een parallellepipedum opgesteld, in de hoogte verdeeld door twee kroonlijsten met een derde die het geheel bekroond. Op de vier hoeken staan drie zuilen. Er valt te noteren dat de vier fronten van het orgel van dezelfde makelij zijn, het geheel is van kleurloos geverniste notelaar. Alle bovenpanelen zijn voorzien van loos snijwerk dat uit vierkanten bestaat waarvan de ondergrond bestaat uit zwart linnen geplakt op hout.
Er zijn verschillende sierlijsten op alle hoogten van het meubel aangebracht en alle verbindingen zijn onzichtbaar, zoals de scharnieren. Boven de klavieren zijn er twee beweegbare luiken die de pijpen doen verschijnen.
Diepte: 133,5 cm, breedte: 138,5 cm en hoogte: 231 cm.
Binnen in de kast is een tweede structuur in eik waarop de verschillende technische en geluidselementen steunen.
Speeltafel - beschrijving In venster onder het front. De bakstukken in notelaar steken uit het meubel en worden verdubbeld door wangen uitgevoerd in een andere soort fruitboomhout.
Persoon belast met het onderhoud Guido Schumacher
Datum/periode van het onderhoud Eenmaal per jaar
Ventilator - beschrijving Boven het wellenbord van het Pedaal is er een eikenhouten vloer waarop een kleine, geluidloze ventilator is geplaatst
Stemming Diapason 440 Hz
Temperatuur Kirnberger III
Akoestiek - bijzonderheden Droog
Orgelbouwer(s) Stéphane Schumacher